Vuile praat

Immanente gerechtigheid werd breed gegund aan de domme uitspraken van de aartsbisschop over HIV-besmetting. Hij kreeg, niet onterecht, zowat de verzamelde opiniemakers van het land over zich heen. Toch zijn onverstandige, verkeerde, eenzijdige, scheefgetrokken, dwaze, en soms zelfs kwetsende uitlatingen beschermswaardig. Sommigen die het met de aartsbisschop oneens waren, suggereerden nochtans meteen diverse retorsiemaatregelen. Allerlei volk met een eerder progressief zelfbeeld lanceerde zich fors in de verwarring tussen het bestrijden van een opinie waarmee men het oneens is, en het bestrijden van wie een obsolete opinie uit. Dat is niet verenigbaar met de beginselen van expressievrijheid, waarvoor datzelfde volk meestal snel op de barricaden springt – minstens om de vrijheid van eigen mening te verdedigen.

Derhalve viel de zeer pijnlijke stilte op toen een imam de dwaze ingeving kreeg om aan te kondigen dat de gidsen die nu opgeleid zijn om belangstellenden rond te leiden in de moskeeën in Antwerpen, zouden weigeren om homo’s rond te leiden. Hetzelfde weldenkende volk toonde niet present. Nochtans: de geuite mening was even dwaas, dom of discriminerend als die van de aartsbisschop. Schieten we aartsbisschoppen af omwille van een stellingname die we niet delen, en laten we dezelfde stellingname van een imam zonder tegenspraak? Oeps!

Dat zijn excessen waartoe verkeerd begrepen beginselen van expressievrijheid kunnen leiden. Expressievrijheid houdt precies ieders vrijheid in om afwijkende, schokkende of verontrustende opinies naar voor te brengen. Dit basisidee rust op het vertrouwen dat die in een democratie beantwoord zullen worden met redelijke en overtuigende tegenspraak, zodat een verantwoord evenwicht ontstaat.

Juist in belangrijke maatschappelijke debatten moeten diverse opinies en argumenten kunnen floreren. Du choc des idées jaillit la lumière (Nicolas Boileau) : tegenspraak draagt bij tot een flexibele democratie en maatschappelijke integratie. Tegenspraak rust op respect voor de persoon die vreemde stellingen verkondigt. Zij bevordert dat onwenselijke opinies krachtig kunnen worden weerlegd, zodat die niet de standaard worden. Vandaar een zekere immuniteit voor het politieke debat over maatschappelijke zaken, dat zou moeten uitblinken in inhoudelijke rijkdom. “Zou moeten…: er is geen tekort aan… zoumoetisme.

Wat doe je dan met politici die zich specialiseren in vuile praat? Vaak balanceren die vandaag op de grenzen van populistische welvoeglijkheid tot mogelijk strafbaar racisme – zoals het voorbeeld van wijlen het Vlaams Belang of de Nederlandse blonde gedogende god aangeven. Als zij wérkelijk de grenzen van strafbaarheid overschrijden, moeten ook ze kunnen worden gesanctioneerd – niet te snel, en best ook niet te vaak. Want een open debat over allochtonen, islam, en elk maatschappelijk item moet scherp en kritisch kunnen worden gevoerd, met overdrijving en plaagstoten, met verstandig en minder verstandig inzicht. Verstandige tegenspraak zal het betere inzicht promoveren. Wie zich geviseerd voelt, kan correct deelnemen aan het debat en zijn verbale belagers tegenspreken. Boven strafrechtelijke vervolging en veroordeling – die uitzonderlijk toch kunnen voorkomen – is uiteindelijk verkieslijk dat argumenten worden uitgewisseld.

Dat inzicht rust op het axioma, dat men communiceert binnen een democratische rechtstaat. Iedereen wordt daarin principieel gerespecteerd, als persoon of groep. Men kan gerust iemand respecteren als persoon en zijn mening, godsdienstbeleving of partnerattitude ferm bestrijden. Daarmee is niets mis. Dat gebeurt met argumenten. Die mogen ook scherp worden geformuleerd, maar de eerder samengevatte premissen vooronderstellen de bereidheid tot maatschappelijke inclusie en verdraagzaamheid – over en weer. Als aan zulke waarden-gebonden criteria niet is voldaan, dan is ook de opinievrijheid van intellectuelen en politici waarden-loos, en niet beschermenswaardig.

Auteur: Leo Neels

matuvu