Waakhond of schoothond?

De huiszoeking in de residentie van de aartsbisschop naar aanleiding van het onderzoek naar seksueel misbruik in de kerk was nieuws, op grond van een correcte journalistieke beoordeling van nieuwswaarde. Jammer genoeg werd daarmee ook het spektakel van de huiszoeking vergroot – en wel op verzoek van sommige gerechtelijke ambtenaren die het vertrouwelijk karakter van het gerechtelijk onderzoek schonden. De journalistiek: schoothond van spektakeljustitie of kritische waakhond van de functionering van overheden? Beide in dit geval, in verschillende verhoudingen voor verschillende media.

Door de verslaggeving kregen we een concreet beeld van een bepaalde gretigheid van het gerechtelijk optreden: geen schoolvoorbeeld van justitie in een moderne rechtsstaat. Het voordeel van de redactionele aanwezigheid was dat de gerechtelijke overdrijving, die misprijzen deed vermoeden, goed gedocumenteerd werd. Er zijn nogal wat precedenten van grootse en gelekte huiszoekingen die enkel het juridisch kluwen hebben vergroot.

Zou de al te grote ijver van sommige gerechtelijke autoriteiten te maken hebben met het feit dat ook zij in het verleden de andere kant opkeken bij meldingen van pedofiele praktijken in kerkelijke kringen? Deelde de samenleving daarover niet een soort van ‘publiek geheim’? Niet alleen de kerkelijke hiërarchie, maar ook het gerecht en… de media?

Die nuancering kwam weinig aan bod. Te vaak werden met retroactieve ijver normen van vandaag toegepast op omstandigheden van eergisteren. Dat leidt altijd tot sensatie. Waren de professionele redacties voldoende in staat nuchter te blijven in verslaggeving, scherp in kritiek op aantoonbare gerechtelijke wellust, terughoudend in beoordeling van degenen die recht hebben op het vermoeden van onschuld, en kordaat in de vrijwaring van het collectieve maatschappelijke geheugen? Of liep de waakhond in de val van sommige autoriteiten en werd hij hun schoothond?

Dankzij een fijnzinnig ambtenaar die verder uit het dossier lekte en de rechten van verdediging schoffeerde – het grootste delict dat ambtenaren van politie of gerecht kunnen begaan – kennen we nu allen de naaktfoto van het meisje die op de in beslag genomen pc van de voormalige aartsbisschop stond. Schrikbarend veel media kozen zonder enig voorbehoud voor de fenomenale ‘nieuwswaarde’… die er helemaal niet bleek te zijn. Een ‘culturele’ (sic!) foto, verspreid door de openbare omroep. Pure kopie van een lek, zonder journalistieke mérite: journalistiek prostitutiegedrag ten aanzien van een onverantwoordelijk ambtenaar.

Een van mediaorganen die daar níét in meegingen, De Standaard, gaf ’s anderendaags wel een verklaring voor zijn handelwijze: de krant beschikte ook over de informatie, maar had te weinig aanwijzingen dat de ‘vondst’ ergens op sloeg. Zulke beoordeling van nieuwswaarde en maatschappelijke pertinentie is de kern van het journalistiek métier. Soms publiceert men dan (nog) niet: dat kan een volkomen correcte journalistieke afweging zijn, en ze is niet makkelijk. Immers, de roeping van een redactie is zaken uit te brengen om de burgers in staat te stellen de maatschappelijke zaken van algemeen belang goed te kunnen volgen. Wilde en niet gecontroleerde lekken zijn verleidelijk, soms te verleidelijk: journalistieke verdienste ligt alleen in de doorgedreven controle en beoordeling ervan.

Waakhond of schoothond, sensatie of ethiek, rotzooi of meerwaarde: ze liggen dichter bij elkaar dan vaak wordt aangenomen. Ook in journalistiek maakt de gelegenheid de dief, en is gezond verstand nuttiger dan vingervlugheid.

Auteur: Leo Neels
Dit stuk verscheen eerder op Knack.be

matuvu