Mijn hart slaat nog steeds wat sneller bij nieuws over de farmaceutische sector. Farmanieuws wordt altijd extreem gebracht. Vaak zijn farmabedrijven in de journalistieke opinie schoelies en graaiers; een enkele keer zijn het helden.
Altijd weer die emoties en die overdrijving. Op basis van een persbericht van Pfizer, nog lang geen validatie door de FDA; op basis van de reactie van 94 covid-gevallen op 39.000 proefpersonen. Hopelijk wordt het later bevestigd, maar het spectaculair nieuws heeft toch een groot “vel van de beer-“gehalte. Als u begrijpt wat ik bedoel.
Nu stond er dus: “Hoera voor Big pharma!”. Boven een editoriaal, in HLN. “Eindelijk is er hoop”, titelden andere kranten. De media weer vol op het orgel van de emoties.
Sedert we in de valkuil van CoVID19 knalden, snakken we naar “het” vaccin. Bijna 60 patiëntenstudies met mogelijke coronavaccins zijn bij de Wereldgezondheidsorganisatie geregistreerd. Drie klinische studies lopen in België. Bij Janssen in Beerse en bij Pfizer in Puurs worden al vaccins geproduceerd, terwijl de klinische studies nog lopen. Vlaanderen loopt voorop met het Vlaams Instituut voor Biotechnologie, het Rega-instituut en het Instituut voor Tropische Geneeskunde. Piot, Stoffels, Neyts, Goossens, Van Ranst, en hun collega’s zijn vandaag de vlaggendragers, erfgenamen van Piet de Somer en Christian De Duve.
Dat is de echte pharma: in België gaan elke ochtend meer dan fiere 38.000 vrouwen en mannen naar hun farmajob. Meer dan 5.000 daarvan zijn onderzoekers die weer in hun labo duiken. Om onze academische researchers niet te vergeten. Wereldklasse. Hardnekkig willen ze die nieuwe oplossing vinden voor patiënten die nog geen behandeling hebben. Elke dag, elke maand, elk jaar weer.
Hun fenomenale kennis, die toewijding, die beslistheid, dàt is de echte farma. Moeilijk uit te leggen wanneer nog eens een groot farmabedrijf uit de bocht gaat met inkoop van eigen aandelen of een astronomische prijs voor een geneesmiddel.
Zulke praktijken deden de farmabedrijven uit de top-10 van de meest gereputeerde bedrijven wegdonderen. Vroeger stonden er altijd wel een paar farmabedrijven in de top-10, vandaag staat bij het Reputation Institute het eerste farmabedrijf op een zeer bescheiden plaats 62. Zelfs in thuisland Amerika donderde de farma van het voetstuk.
Kan de farmasector weer die eer en goede naam van vroeger verwerven? De passie om artsen en patiënten echt te helpen, de hardnekkigheid om een vaccin dat we broodnodig hebben te ontwikkelen, zijn de ethische kern van het farmaceutisch vak. Zelfs het niet-gevalideerd interimresultaat, voedt hoop en stimuleert weer wat respect. Dat ging verloren door dubieuze economische praktijken, zoals dubieuze marketing en overdreven prijszetting.
Het occasioneel “Hoera!” van deze week is een opsteker, met de lichte overdrijving van moderne journalistiek. Nu doorpakken en het overdreven winstbejag achterwege laten is nodig om maatschappelijk aanzien te herwinnen. Wordt vervolgd.
Op 20 12 gepubliceerd op VRT, Radio 1, in: “De toestand is hopeloos, maar niet ernstig”